Hoofdmenu:
Zaterdagochtend 5 november 2016. Een mailtje van Wietske aan ons, de overige leden van de Spelletjesclub. Of we s'avonds allemaal bij haar kunnen komen, ze heeft iets dringends te vertellen.
Dat is natuurlijk uitzonderlijk, zo'n oproep. We zien elkaar doorgaans volgens afspraak, eens in de zes weken, om samen een avond een spel te doen, plezier te hebben en bij te praten.
Wij zijn, Wilma, Lian, Han, Marga en Greet. Ooit in 1991 vormden we, samen met Wietske, met zijn zessen een woongroep aan het Redemptoristenpad in Den Bosch.
Een voor een verhuisden we naar een andere woonplek. Toch hielden we contact. Wonderlijk genoeg was de aanleiding daarvoor dat een van ons kanker kreeg, en dat we in de nasleep van operatie en chemotherapie samen iets leuks wilden doen.
Kanker, dat was het eerste waaraan we dachten, die 5e november, bij Wietske. De borstkanker was vast teruggekomen. Maar het bleek een andere en mogelijk vervaarlijker soort dit keer.
Wietske vertelde ons dat ze dood zou gaan. Heel even was er de snik. Maar daarna was ze kalm en realistisch en beantwoorde onze verbijsterde vragen. De kracht die ze uitstraalde was bijzonder, en heel ontroerend.
In de daaropvolgende maanden hadden we onze individuele contacten met Wietske, via app, mail of in levende lijve, maar hielden ook het ritme van onze bijeenkomsten.
Van spelletjes doen kwam het op die avonden niet meer. Jammer eigenlijk, want Wietske was een van de fanatiekste deelnemers. Of het nu om snelheid, inzicht of geheugen ging. Wietske won vaak.
Tussen de ontmoetingen door hoorden we hoe het Wietske, samen met Walter en Floor, verging, via haar uitgebreide mails. Hoe ellendig de aanleiding tot dit feuilleton ook was, de stukken zelf waren een genoegen om te lezen. Een pakkende opening, sterke dialogen, rake personages, meedogenloze openheid en humor -
Door regelmaat en uitgebreidheid waarmee Wietske ons in haar mails/blogs op de hoogte hield, hoefden allerlei vragen niet gesteld te worden als we elkaar in levende lijve zagen.
We konden dan echt contact met elkaar hebben, over hoe het met haar ging, en ook over hoe het met ons ging. Wietske was en bleef al die tijd zeer geïnteresseerd in onze wederwaardigheden!
En toen daar op een avond wat te veel over zaten te kletsen, vroeg ze heel gedecideerd de aandacht. Dat was goed en nodig. Want de klok tikte onverbiddelijk door. In het besef ook, schreef Wietske haar prachtige stuk over de 'stofjestheorie'.
Ashes to ashes, dust to dust. Uit de levende wereld zou ze overgaan tot de stoffelijke van zand, wind en water.
De aanvaarding en kracht die ze hier aan de dag legde waren volkomen naturel en geloofwaardig.
En toen kwam het vreselijke mailbericht met de naam "De dag die je wist dat zou komen". Die keer hebben we de regel dat de spelletjesclub alleen bijeen komt met alle zes leden voor één keer geschonden. Deze dreun moesten we zonder Wietske proberen te verwerken. Ze had ons
Maar we zijn er niet aan toegekomen. Ondanks moeheid en pijn heeft ze nog uren met ons zitten praten, over wat we in de loop van de jaren zoal met elkaar hadden meegemaakt, en over de bundeling van haar blogs.
Ze vond het een mooi initiatief van ons. Want op haar schrijven was ze trots. En terecht.
Wietske, lieve dappere vriendin, je voelde je gedragen door familie, collega's, vrienden. Maar omgekeerd heb jij ons ook gedragen, samen met jou, de moeilijke weg af naar het naderende einde.
Hoezo een zandkorrel of waterdruppel?
Een bergtop of brede rivier, zo stellen wij ons jou, Wiets, in je nieuwe gedaante voor!
Ze is achterwaarts naar de dood gelopen, steeds oogcontact houdend met haar geliefden. vrij naar: René Gude